“Een kaart is nooit neutraal of objectief” (p.138). Een zin die vaak genoeg naar voren is gekomen in de introductiepraatjes van mijn studie. Vraag echter iemand naar zijn of haar idee van de wereld en de kans is groot dat de traditionele wereldkaart – met kleurrijke landen en grenzen als zwarte lijnen – al op het puntje van diens tong ligt. Per levensfase wordt de mentale kaart van eenieder uitgebreid; beginnend met de eigen wijk, stad, provincie en land, al snel uitbreidend naar ‘ons’ Nederland en naar ‘het blok’ Europa, zien we uiteindelijk de hele wereld ons aankijken vanuit de projectie van Gerardus Mercator. Deze projectie, eind 16e eeuw geïntroduceerd, bevat geen hoekvervorming en bleek daardoor ideaal voor in de zeevaart. Omdat Mercator de lengtegraden gelijk liet lopen, een unieke manier in die tijd, konden zeemannen hun kompaskoers uitzetten en ‘simpelweg’ aanhouden. Dat er door deze manier van het platdrukken van de aarde op de kaart in rechthoeken oppervlaktevervormingen plaatsvonden, was van secundair belang.
Met het boek Free the Map neemt Henk van Houtum (hoogleraar Politieke Geografie en Geopolitiek aan de Radboud Universiteit) een scherp standpunt in tegen het overdadige gebruik van deze antieke wereldkaart. De stroming die kritiek uit op deze traditionele cartografie (waarin de alomtegenwoordigheid van de wereldkaart met aparte staten centraal staat) en ideeën aandraagt voor alternatieven wordt critical cartography genoemd. Free the Map is een mooi voorbeeld van critical cartography en biedt genoeg interessante punten om de discussie op gang te brengen. Dit gebeurt door middel van een reeks bijdragen van bekende en minder bekende mede-cartografen, onderzoekers, kunstenaars, ontwerpers en schrijvers in de geografie en geopolitiek, waarbij elk zijn steentje bijdraagt aan de ‘critical’ in critical cartography.
De nadruk ligt in het boek op migratie en de grenzen die dat bemoeilijken, geïllustreerd aan de hand van een kaart van Frontex (Figuur 1). Een op het eerste oog informatieve en objectieve kaart. Echter, bij nader onderzoek blijkt deze vol onjuistheden, overdrijvingen en misleidingen te zitten. Van Frontex, een agentschap van de Europese Unie dat de buitengrens van de Europese Unie bewaakt en een humanistische missie uitdraagt (p.54) zou je een genuanceerder en meer op de feiten gebaseerd cartografisch beeld over migratie verwachten, maar niets is minder waar. Ook achter deze kaart zit een duidelijke politieke motivatie en dat zie je terug in de gekozen kleuren, positionering, grootte en omringende karakter van de (migratie)pijlen, de natiestaten als basiskaart, etc.
Wat hierna wel duidelijk moge zijn, is dat de ‘traditionele’ geopolitieke (wereld)kaart, inclusief richtingspijlen, vaak gebruikt om grenzen en migratie op en mee aan te geven, daar niet meer voor gediend zijn: “De standaard atlaskaart reproduceert en legitimeert, vaak onmerkbaar, een op de staat gerichte opvatting van de wereld onder het mom van neutraliteit” (p. 21). Een zogenaamde neutraliteit dus, die nog eens wordt versterkt door de alomtegenwoordigheid van deze traditionele kaarten in media, politiek, lage en hoge scholen. Het is wat ook wel ‘cartohypnosis’ (Boggs, p.23) kan worden genoemd; de kaart als een bewust vormgegeven model van de wereld, dat door lezers onbewust wordt geïnternaliseerd en tot dé waarheid verwordt. Een waarheid die voor de commerciële koloniale machten van weleer was vormgegeven – niet voor niets staat Europa in het centrum – maar dus tot de dag van vandaag zijn invloed kent in ons alledaagse leven en zelfs politiek extreem-rechts een handje helpt. Denk aan het versterken van het nationale gevoel door solide grenzen, een wig drijven tussen ‘wij’ en ‘zij’, en met rode pijlen migratie als een vijandige invasie voorstellen. Ook nu na jarenlang kennis over kaarten te hebben opgedaan raak ik nog steeds onder de indruk van de macht die daarvan uit kan gaan.
Zoals de ondertitel van het boek luidt, reizen we van Atlas naar Hermes. Atlas, een figuur uit de Griekse mythologie, is bij ons cartografen vooral bekend geworden door de ‘uitvinding’ van de moderne Atlas. Door de opname van het woord ‘Atlas’ in een belangrijke uitgave door Mercator (zowel vader als zoon), draagt sindsdien een gebundelde verzameling kaarten vandaag de dag nog altijd deze naam. Na een korte introductie over deze geschiedenis en over hoe neutraal een kaart nu echt kan zijn (niet dus!) wordt de aandacht verplaatst naar Hermes. Het is namelijk tijd om uit de cartohypnose te geraken en ‘de wereldkaart’, voor zover je daar dus al van kan spreken, te bevrijden. Hermes is in tegenstelling tot zijn grootvader Atlas een figuur dat grenzen overschrijdt, interacties mogelijk maakt en communicatie bevordert; een symbool voor transport, handel en commercie. Niet een statische wereld vol tegenstellingen, maar een verbonden wereld waar grenzen amper bestaan. Critical cartography neemt Hermes als leidend figuur en in de hoofdstukken die volgen op de kritiek op bestaande kaarten, wordt het één na het andere voorbeeld naar voren gehaald van hoe de (wereld)kaart wél rechtdoet aan de persoonlijke verhalen van migranten.
Wat de auteur vervolgens propageert is een meer inclusieve manier van cartografie: van een top-down naar een bottom-up productiewijze van kaarten (en andere visuele uitingen) waarbij het duidelijk is wie de auteur is en wat het doel van de kaart is, in plaats van een naamloze kaart die objectief oogt en zich ook nog zo voordoet. Dergelijke ‘alternatieve’ representaties van de wereld worden nog altijd gezien als slechts kunstige creaties en te weinig als politiek relevant. Politieke kwesties als grenzen en migratie zouden volgens Van Houtum echter juist baat hebben bij een constructieve en open discussie, waarin de subjectiviteit naar voren komt in de vorm van persoonlijke verhalen en alternatieve representaties.
In het kader van deze bevrijding van de kaart worden in het slotstuk van het boek Maplabs geïntroduceerd. Dit zijn workshops voor in het klaslokaal of simpelweg met een groep mensen. Leden van critical cartography dragen in dit deel van het boek vragen aan om de participanten (en nu dus ook de lezer) aan het denken te zetten en zelf met een alternatief te komen voor de traditionele geopolitieke kaarten. De Maplabs lijken echter enkel studenten en leerlingen tot haar publiek te rekenen en vergeten invloedrijke personen als beleidsmakers en content producers in de media. Daardoor lijkt de aanval op de traditionele wereldkaart er op de korte termijn niet in te zitten. Daarnaast wordt de term ‘cartografie’ en ‘kaart’ wel érg breed genomen. Met tekeningen, video’s, fotoreeksen en infographics een beeld schetsen dat in een traditionele kaart misleidend is verlopen, lijkt mij oneerlijke concurrentie. Graag had ik in plaats van deze alternatieve visualisatiemethoden meer van dezelfde ‘traditionele’ cartografie gezien, verbeterd op de punten waar aanvankelijk kritiek op wordt gegeven.
Free the Map geeft een welkome toevoeging aan de verhitte discussie over migratie. De auteur legt op een duidelijke manier – vaak wel tot herhalens toe – uit hoe cartografie een belangrijke rol heeft gespeeld en nog steeds speelt in het voeden van deze migratiediscussie. Hiervoor draagt hij vele voorbeelden aan; vooral uit kranten, gevestigde agentschappen en ook uit de befaamde Bosatlas. Bijna op elke pagina is er wel een kaart te vinden, met uitleg van wat wel en niet correct is gegaan. Het is fascinerend te zien wat voor invloed kaarten hebben op de manier waarop mensen kijken naar migratie én wat voor mogelijkheden er zijn via de cartografie hier een weerwoord op te geven. Het boek had naar mijn mening ook half zo dik kunnen zijn om de kritiek tot zijn recht te laten komen, maar daarentegen maakt de grote hoeveelheid kaarten het boek ook tot een fijn naslagwerk voor wie anderen in dit onderwerp wil introduceren. Het thema migratie gaat iedereen aan en dat er met kaarten invloed wordt uitgeoefend op ons allen wordt heel duidelijk gemaakt. Het boek ondersteunt de verwording hiervan tot algemene kennis en dat lijkt mij een erg goede zaak. Daarbij is het natuurlijk een voordeel dat menig kaart een lust voor het oog is.
In mijn leven als cartograaf ben ik altijd op zoek naar kaarten, oude en nieuwe, om mijn visie van de cartografie te verbreden. Naast de stadsplattegronden, fiets- en wandelkaarten die ik voor AMV | Buijten & Schipperheijn mag maken, ben ik ook zeer geïnteresseerd cartografie op een meer artistieke manier in te vullen. Om echt creatief en vernieuwend bezig te zijn, maar dan wel op de traditionele manier (lees: op papier). Mensen vragen mij vaak hoe ik cartograaf ben geworden en tegelijkertijd zijn ze verrast dat die (ik inbegrepen) nog steeds bestaan. Gelukkig wel dus
0 reacties