Amsterdam en Kopenhagen zijn allang niet meer de enige plekken op deze aarde waar de fiets wordt omarmd. Hele regio’s in Nederland zijn met elkaar verbonden door de combinatie van trein en fiets. In andere landen wordt de fiets steeds vaker ingezet om historische stadscentra weer leefbaar te maken. Maar hoe zou een stad eruitzien die volledig is ingericht op de fiets? En wat is nodig om de perfecte fietsstad te ontwerpen? In dit boek gaat de auteur op zoek naar antwoorden hierop en wordt de lezer uitgedaagd om groot te denken. Het pleidooi is om de tweewieler in te zetten als het ontwerpend hoofdprincipe bij stedenbouw en architectuur. Dat betekent dat niet alleen het autoverkeer aan belang moet inboeten. Om de meeste verbindingen tussen locaties te realiseren moeten steden het fietsverkeer verkiezen boven wandelen en openbaar vervoer. Deze compacte en fietsvriendelijke steden zijn volgens de auteur niet alleen gezond en groen, maar ook mooier, productiever, toegankelijker en comfortabeler dan andere steden. Dit boek is bestemd voor alle vormgevers van steden en gebouwen die willen werken aan een fietsparadijs.
Gerben doet onderzoek naar het gebruik van de openbare ruimte, waaronder de manier waarop kinderen deze gebruiken en ervaren. Dit doet hij bij het lectoraat 'Gezonde leefstijl in een stimulerende omgeving' van De Haagse Hogeschool.
In het verleden was hij werkzaam als onderzoeker bij Onderzoeksinstituut OTB (TU Delft), als adviseur bij KEI kenniscentrum stedelijke vernieuwing, als coördinator van Platform Stad en Wijk en als sociaal projectleider in de Haagse Schilderswijk, en als senior beleidsmedewerker en teamleider bij woningcorporatie Haag Wonen.
In zijn vrije tijd schrijft hij in diverse media en op zijn blog Stadslente over de relatie tussen de geplande en geleefde stad. Met daarbij speciale aandacht voor de manier waarop mensen de openbare ruimte gebruiken. Ook is hij redacteur bij Rooilijn waar hij meerdere jaren de rubrieken 'recensies en signalementen' en 'columns' coördineerde.
0 reacties