Doorgeslagen efficiëntiedenken in de stad

27 februari 2023

Arjen van Veelen (2022)

Rotterdam – Een ode aan inefficiëntie

De Correspondent, Amsterdam

368 p.

ISBN 9789493254183

€ 25

Als je er woont of er vaak komt, kan het je niet ontgaan zijn. Het narratief over Rotterdam is de afgelopen jaren veranderd. De stad wordt niet langer gezien als een opeenstapeling van sociale en ruimtelijke problemen, maar als een dynamische en spannende plek vol design, architectuur, en cultuur. Zo werd Rotterdam door de Lonely Planet verkozen in haar ‘top 10 stedentrips’-lijst, en schreef The Wall Street Journal een artikel getiteld “Why you want to visit Rotterdam in 2018”. Kortom: Rotterdam is hip.

In die sfeer keert schrijver en journalist Arjen van Veelen (NRC, De Correspondent) na vele omzwervingen terug naar de stad waar hij is opgegroeid. Al snel wordt hem duidelijk dat niet alles is wat het lijkt. Achter die glimmende façade gaat een stad schuil waar de problemen niet verdwenen zijn, en waar de processen die de stad voor sommige groepen aantrekkelijker maken, hem voor anderen juist onbereikbaarder maken. Hij besluit te willen begrijpen hoe en waarom de stad van zijn jeugd zo aan het veranderen is. Daarover gaat dit boek.

Het boek begint bij de terugkeer van de auteur in Rotterdam. Hij beschrijft hier hoe hij, in een tot voor kort nog als no-go zone bestempelde wijk, een huis koopt. Terwijl hij en zijn gezin bezig zijn zich in de buurt te vestigen, wordt deze voor hun ogen opgeknapt. Het drugspand in de straat wordt opgerold, en er verschijnt een hippe koffiezaak met speelhoek voor de kinderen. De gemeente kondigt een grondige herinrichting van het buurtplein aan, met Parijs-achtige lantaarnpalen, en er komt een eettent met natuurwijn. Zelfs het lokale bordeel krijgt een make-over. Tegelijkertijd ziet hij dat de sociale problematiek niet zo makkelijk weg te poetsen is. Deze ervaring vormt een inleiding voor het eerste deel van het boek, dat zich richt op het Rotterdamse woonbeleid.

Belangrijk onderdeel in deze analyse is de Rotterdamwet. Op basis hiervan kunnen gemeenten gebieden met lage inkomens aanwijzen als zogenaamde kansenzone, en er vervolgens voorrang verlenen aan mensen met een midden- of hoog inkomen. Het idee hiervan is dat dit leidt tot menging van inkomensgroepen. De auteur beschrijft de historische wortels van dit beleid in Rotterdam. Na rellen met Turkse arbeidsmigranten in 1972, besloot de gemeenteraad (met PvdA als grootste partij) dat er voortaan een quotum moest komen van maximaal vijf procent buitenlanders per wijk. Dit beleid sneuvelde vanwege discriminatie bij de Raad van State. In 2003 werd een omweg bedacht: in plaats van een buitenlanderquotum werd er een lage-inkomensquotum ingevoerd. In de praktijk blijkt dat hierdoor vooral mensen met een migratieachtergrond worden uitgesloten (Hochstenbach, Uitermark, & van Gent, 2015). Terwijl er een maximum geldt voor ‘kansarme’ bewoners, worden ‘kansrijke’ bewoners juist als target gezien. Met name hoogopgeleide gezinnen moeten naar de stad worden gelokt. In bepaalde wijken wordt geld vrijgemaakt om het aandeel van deze groep bewoners gericht op te krikken. Er gaat subsidie naar het aantrekken van de juiste winkels, en het toegankelijk maken van stoepen voor bakfietsen.

De auteur verbindt zijn analyse van het beleid steeds met het bezoeken en observeren van plekken in de stad die dienen als illustratie van zijn bredere verhaal. Ook gebruikt hij zijn persoonlijke ervaring met de onderwerpen om het verhaal kracht bij te zetten. Als lezer voel je zijn ongemak om onderdeel uit te maken van de groep gentrificeerders, terwijl zijn ouders in het gemeentebeleid als ‘kansarm’ zouden zijn aangemerkt. Een van de hoogtepunten van het boek is het gedeelte waar hij optrekt met een postbode uit de Tweebosbuurt.

Rotterdam gezien vanaf de Euromast (bron: Wikimedia Commons).

Een van de interessantste hoofdstukken gaat over de wederopbouw van de stad na de Tweede Wereldoorlog. Hierin wordt een vaak herhaald idee over Rotterdam besproken. Namelijk dat het volgens modernistische richtlijnen gebouwde centrum een onvermijdelijk gevolg is van het Duitse bombardement. Deze gedachte wordt in dit hoofdstuk overtuigend ter discussie gesteld. De stad was namelijk al voor de oorlog begonnen aan een modernistische transformatie. Zo werd een historische volkswijk, de Zandstraatbuurt, al begin twintigste eeuw gesloopt door de gemeente. In 1937 werd begonnen aan de bouw van een snelweg dwars door de stad. Direct na het bombardement stonden nog 144 historisch belangrijke panden overeind in de binnenstad, die gerenoveerd hadden kunnen worden. Door middel van onteigening werden deze bijna allemaal echter alsnog gesloopt door de gemeente.

Na de oorlog werd die modernistische transformatie voortgezet. Vanuit het idee van strikte functiescheiding werd een stadscentrum gebouwd waarin bijna uitsluitend gewerkt en gewinkeld kon worden, met veel ruimte voor de auto. Hierbij moesten niet alleen de gebombardeerde delen het ontgelden. In Rotterdam verdwenen in de jaren ‘50 en ‘60 méér historische panden dan tijdens de oorlog. Dit alles ging gepaard met een focus op kwantificeerbare belangen, zoals vierkante meters kantoorruimte en verkeersaantallen. Van Veelen gebruikt Warschau om een alternatief te tonen: deze stad werd in de oorlog nog erger vernietigd dan Rotterdam, maar werd volgens het historische stratenpatroon herbouwd.

Het boek behandelt een waaier aan thema’s die in Rotterdam spelen. Toch is er een duidelijke rode draad. Deze zit in de steeds herhaalde analyse van het Rotterdamse beleid. Volgens de schrijver is er in dit beleid sprake van een doorgeslagen focus op efficiëntie en doelgerichtheid. Dit uit zich in het stellen van kwantitatieve doelen, zoals een minimum percentage huishoudens van een bepaalde categorie per wijk. Hierbij worden kwalitatieve, minder tastbare waarden, zoals buurtbinding en gemeenschapszin, over het hoofd gezien. Een tweede rode draad is dat Rotterdam wordt getypeerd als een stad met een bijna heilig geloof in technologie en vooruitgang ten koste van alles. Beide rode draden komen in de voorbeelden hierboven ook terug. Door de rode draden worden allerlei onderwerpen op een knappe manier aan elkaar verbonden: van de havenarbeiders die hun banen zien verdwijnen door robotisering, de containerrevolutie en globalisering die de hoeveelheid bemanning van schepen sterk deed afnemen, tot de efficiënte verwerking van huisvuil op basis van data, het beruchte SyRI-algoritme, en de toeslagenaffaire.

De auteur schuwt het niet om duidelijk stelling te nemen tegen deze manier van denken. Volgens hem gaat er veel verloren door overmatige rechtlijnigheid en de focus op kwantificeerbaarheid. Door de vele voorbeelden wordt dit overtuigend betoogd. Een zwak punt hierbij is het feit dat deze manier van denken geen duidelijk gezicht krijgt. Er wordt veelal vanuit gegaan dat ‘Rotterdam’ nou eenmaal zo is, dat er een soort cultuur in de stad is waar deze manier van denken onderdeel van uit maakt, en dat dit onvermijdelijk is. Terwijl er in veel casussen wel degelijk sprake is van politieke keuzes. Er zijn dus ook ideologieën en partijen aan te wijzen die eraan ten grondslag liggen. Een analyse van waaróm in Rotterdam steeds bepaalde keuzes worden gemaakt, ontbreekt.

Een tweede punt is dat er veel kritiek wordt geleverd op die als ‘Rotterdams’ bestempelde mentaliteit, maar weinig concreet wordt wat het alternatief is. De ondertitel van het boek is ‘een ode aan inefficiëntie’, maar er wordt niet duidelijk hoe zo’n minder sterk op efficiëntie gericht beleid er dan uit zou moeten zien. Hierover bestaan natuurlijk wel degelijk ideeën, bijvoorbeeld vanuit de participatieve planning. Ik denk dat het een bewuste keuze is om hier weinig aandacht aan te besteden, omdat het verhaal dan te breed zou worden.

Hiermee arriveren we ook direct bij het derde en laatste zwakke punt. Het boek geeft namelijk een heel interessant inkijkje in een breed aantal thema’s, maar gaat nergens echt de diepte in. Net als je als lezer gegrepen wordt door een onderwerp, is het alweer tijd voor het volgende.

Desalniettemin is dit boek een aanrader. Vooral vanwege de manier waarop allerlei onderwerpen die je als lezer al wel kent, op een nieuwe manier aan elkaar verbonden worden. Daarin zit de kracht van dit boek, de losse deelonderwerpen zijn namelijk vaak al door anderen in meer detail besproken. Daarnaast geeft de focus op Rotterdam veel onderwerpen een net andere invalshoek dan je gewend bent. Voor ruimtelijke professionals is dit boek interessante casuïstiek vanwege de verbinding van typisch ‘ruimtelijke’ thema’s met andere onderwerpen, via de eerder genoemde rode draden. Arjen van Veelen laat zien dat dezelfde analyse op meerdere ontwikkelingen kan worden toegepast.

Referentie

Hochstenbach, C., Uitermark, J., & van Gent, W. (2015). Evaluatie effecten Wet bijzondere maatregelen grootstedelijke problematiek (“Rotterdamwet”) in Rotterdam. Amsterdam: Amsterdam Institute for Social Science Research.

Author profile
Maarten is promovendus aan de Radboud Universiteit in Nijmegen

Maarten is promovendus bij de afdeling Geografie, Planologie, en Milieu aan de Radboud Universiteit. Hij studeerde sociale geografie en planologie aan de Universiteit van Amsterdam en deed een master in GIS aan de Universiteit Utrecht. Zijn onderzoek gaat over het gebruik van groenblauwe infrastructuur in klimaatadaptatie, met name op het gebied van hittestress.  Hij is te bereiken op maarten.hogeweij@ru.nl

Author profile
Maarten is promovendus aan de Radboud Universiteit in Nijmegen

Maarten is promovendus bij de afdeling Geografie, Planologie, en Milieu aan de Radboud Universiteit. Hij studeerde sociale geografie en planologie aan de Universiteit van Amsterdam en deed een master in GIS aan de Universiteit Utrecht. Zijn onderzoek gaat over het gebruik van groenblauwe infrastructuur in klimaatadaptatie, met name op het gebied van hittestress.  Hij is te bereiken op maarten.hogeweij@ru.nl

Recensie gegevens:
56

27 februari 2023

De tekst en tabellen in deze bijdrage zijn gepubliceerd onder een CC BY-NC-ND licentie. Voor hergebruik van foto’s en illustraties dient u contact op te nemen met Rooilijn.
Whatsapp

Reageer op deze publicatie

0 reacties

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.